Verzekeraar mag alleen daadwerkelijke kosten bij fraude in rekening brengen
Verzekeraar mag alleen daadwerkelijke kosten bij fraude in rekening brengen
Het draait in de zaak om een stel dat op 13 januari 2017 ieder afzonderlijk met Interpolis belt om een schade te melden. Ze hebben daar een Alles in één Polis lopen. Eerst belt de vrouw om te melden dat er schade aan hun bank is ontstaan door de vaste spijkers/nopjes die aan een spijkerbroek zitten. Als de medewerker van Interpolis daarop meldt dat deze schade niet gedekt is, verandert de vrouw haar lezing. Het zou zijn gegaan om losse spijkers die een broekzak zaten.
Half uur later
Omdat de medewerker van Interpolis van niet akkoord gaat met de aangepaste lezing belt de partner vande vrouw een half uur later zelf met de verzekeraar om een schademelding te doen, echter zonder te refereren aan het eerdere gesprek. Hij stelt direct dat de schade is ontstaan door spijkers in een broekzak.
Intern verwijzingsregister
De tegenstrijdige schademeldingen en het feit dat bij de tweede melding niet wordt verwezen naar de eerdere melding maken dat de verzekeraar concludeert dat de verzekerde opzettelijk een onjuiste voorstelling van zaken heeft gegeven. De inboedelverzekering wordt onmiddellijk beëindigd en de verzekeraar registreert de persoonsgegevens van de consument in het intern verwijzingsregister. Aan de consument wordt € 532 voor het fraudeonderzoek in rekening gebracht. Dat is het gemiddelde bedrag aan onderzoekskosten dat de fraudecoördinator per onjuiste schademelding maakt, aldus de verzekeraar.
Tegenstrijdige schademeldingen
De consument stapt naar Kifid om zijn schade alsnog vergoed te krijgen, de frauderegistratie te laten verwijderen en voor kwijtschelding van de kosten voor het fraudeonderzoek. De geschillencommissie geeft de verzekeraar gelijk wat betreft het afwijzen van de schade. “Dat er sprake is van tegenstrijdige schademeldingen staat vast. Nadat de schade in de eerste melding werd afgewezen, werd de eerdere opgave van de schadeoorzaak door de consument en zijn partner aangepast”, concludeert de Geschillencommissie.
Verdenking gegrond
“De lezing van de feiten werd door de consument en zijn partner aangepast om te voorkomen dat de schadeclaim door de verzekeraar werd afgewezen. “ De Geschillencommissie concludeert in haar uitspraak dat de verdenking van fraude gegrond is en dat Interpolis om die reden de schadeclaim mag afwijzen en de registratie in het intern verwijzingsregister voor acht jaar mag handhaven.
Kosten fraudeonderzoek
Omdat de consument een onjuiste voorstelling van zaken heeft gegeven, mag de verzekeraar wat Kifid betreft de schade die hieruit voortkomt op de consument verhalen. Interpolis kan daarbij echter niet volstaan met een verwijzing naar gebruikelijke of gemiddelde onderzoekskosten die per onjuiste schademelding worden gemaakt. De Geschillencommissie oordeelt dat de verzekeraar alleen naar omvang redelijke onderzoekskosten in rekening mag brengen, die redelijkerwijs en daadwerkelijk zijn gemaakt voor het fraudeonderzoek tegen deze consument. “Regulier onderzoek naar oorzaak en omvang van de schade en uitsluiting van schadedekking vindt in de regel plaats op een moment dat van fraudeverdenking nog geen sprake is; deze onderzoekskosten komen daarom niet voor vergoeding in aanmerking.
Drietal telefoongesprekken
In deze klacht zijn volgens de geschillencommissie de enige aantoonbare werkzaamheden van verzekeraar een drietal telefoongesprekken. “Onduidelijk is hoeveel tijd dat heeft gekost. De verzekeraar heeft geen rapport van een fraudecoördinator aangedragen, waaruit blijkt dat er kosten zijn gemaakt voor dit fraudeonderzoek. In het bedrag van € 532 zijn incassokosten opgenomen. De Geschillencommissie vraagt zich af of de verzekeraar deze incassokosten redelijkerwijs altijd moet maken.”
bron: amweb.nl